Nocturnus struinde een beetje door het gebied heen, toen hij plotseling een meer zag in de verte. Het was een heerlijk zonnige dag en hij had ineens zin in een verfrissende duik, dat zou hem goed doen. Hij versnelde zijn pas tot een rustig drafje en liep rechtstreeks naar het meer toe. Het briesje streek zachtjes langs zijn hals en manen en even sloot hij zijn ogen. Na een paar seconden deed hij zijn ogen weer open en stopte ineens. Nog een stap verder en hij zou het meer inlopen. Ineens kreeg hij een gekke bui en steigerde, waarop hij naar voren sprong in het water en erin begon te dansen terwijl de waterdruppeltjes omhoog spatten. Vervolgens liet hij zich door zijn knieën zakken en begonnen te rollen in het water. Het was niet heel diep, dus hij kon er prima liggen zonder dat hij kopje onder ging. Toen hij eenmaal een beetje afgekoeld was, voelde hij zijn gekke bui weer een beetje wegebben en hij bleef rustig in het water liggen, terwijl kleine golfjes af en toe tegen hem aan rolden. Hij sloot zijn ogen en begon zacht te neuriën. Hij lag zo een tijdje toen hij ineens wat hoorde. Hij stopte met neuriën en keek om zich heen, maar hij zag niks. Het zal wel, dacht hij en sloot zijn ogen weer en wilde weer gaan neuriën. Verdorie ik weet niet meer waar ik gebleven was met het liedje, nou ja dan maar opnieuw beginnen dacht hij en begon weer een liedje van begins af aan te neuriën.